Nieuws en Publicaties
29/06/2021
Economische Publicaties

Telewerken: de risico's en kansen van virtuele delokalisatie

Télétravail : Les risques et les opportunités de la délocalisation virtuelle

De pandemie zal weldra voorbij zijn, maar de culturele veranderingen die zij teweeg heeft gebracht, zullen de economie nog jaren blijven beïnvloeden. Een van de belangrijkste daarvan is de normalisatie van telewerken. Het grootschalige experiment met telewerken heeft veel mythes over wat een op afstand werkend personeelsbestand kan bereiken, aan diggelen geslagen. Nu permanent telewerken niet langer een taboe is, zullen werkgevers steeds meer geneigd zijn om in ontwikkelingslanden telewerktalent in dienst te nemen. Veel opkomende economieën lopen hun achterstand op het gebied van onderwijs en technologische ontwikkeling snel in, maar de kosten van arbeid blijven aanzienlijk lager. Steeds meer kantoorwerk zal vanuit ontwikkelingslanden worden gedaan en vervolgens tegen een fractie van de binnenlandse kosten ongrijpbaar worden geëxporteerd naar rijkere landen. Deze trend naar "virtuele offshoring" wordt gedreven door sterke financiële stimulansen. Bedrijven in een land als Frankrijk zouden bijvoorbeeld hun arbeidskosten met ongeveer 7% kunnen verlagen als 1 op de 4 telewerkbare banen vrijwel geoffshored zou worden. Coface schat het totale aantal telewerkbare banen in economieën met hoge inkomens op ongeveer 160 miljoen. Het aantal potentiële telewerkers in economieën met lage en middeninkomens bedraagt bijna 330 miljoen.

Voor rijke landen zou grootschalige virtuele offshoring een bron van politieke risico's kunnen worden. De druk van de mondiale concurrentie kan leiden tot economische onrust onder werknemers in de witteboordendienstverlening, wat de politieke polarisatie kan aanwakkeren. Voor opkomende economieën kan virtuele offshoring een pijler van hun ontwikkelingsmodel worden.
Om te bepalen welke landen waarschijnlijk centra van virtuele offshoring zullen worden, hebben wij een indicator gebruikt die gebaseerd is op criteria zoals menselijk kapitaal, concurrerende arbeidskosten, technologische infrastructuur en ondernemingsklimaat. Economieën met lage arbeidskosten en een groot aantal potentiële telewerkers (zoals India, Indonesië of Brazilië) lijken goed voorbereid om deze trend te volgen. lijken goed voorbereid om deze trend te volgen. Dit is ook het geval voor landen met een relatief sterk menselijk en technologisch kapitaal, zoals Polen. Hoewel China en Rusland op papier ideale bestemmingen voor virtuele offshoring zouden zijn, zullen de toenemende geopolitieke spanningen en spanningen op het gebied van cyberveiligheid met het Westen een groot obstakel vormen.
In de afgelopen decennia van globalisering zijn de offshoring van industriële activiteiten en de opkomst van mondiale toeleveringsketens een van de belangrijkste aanjagers van productiviteitsgroei geweest. De laatste jaren lijkt de productiviteitswinst als gevolg van de herallocatie van de industriële activiteit echter te stokken.

Nu de schulden van bedrijven in 2020 de pan uitrijzen, zal het voor bedrijven moeilijker dan ooit zijn om kostenconcurrerend te worden. Een van de mogelijkheden is de intensivering van de verplaatsing van diensten en kennisintensieve activiteiten naar landen met lagere arbeidskosten. Deze trend is niet nieuw: landen als India en de Filippijnen zijn reeds gevestigde offshoringcentra voor ICT en zakelijke diensten. Wat wel is veranderd, is de alomtegenwoordigheid van werken op afstand. Tot 40% van de EU-beroepsbevolking heeft tijdens de eerste inperking2 in het tweede kwartaal van 2020 een of andere vorm van regelmatig telewerken aangewend. Aangezien managers positief verrast zijn door de productiviteit van hun telewerkers3 , zijn de attitudes snel beginnen te veranderen. Hoewel de uitdrukking "als het thuis kan, kan het ook in het buitenland" zeker overdreven is, voelen bedrijven zich steeds meer aangetrokken tot het idee van een gedeeltelijk geglobaliseerd virtueel personeelsbestand. In een steekproef van 330 grote Amerikaanse bedrijven is het percentage organisaties dat bereid is voltijds in het buitenland werkzame telewerkers in dienst te nemen, gestegen tot 36%, tegen 12% vóór de pandemie. 4 Het is dan ook waarschijnlijk dat bedrijven dankzij digitale innovatie steeds meer geschoolde witteboordenarbeiders uit het mondiale Zuiden5 zullen aantrekken, een argument dat onder meer door econoom Richard Baldwin is aangevoerd. Het verschijnsel van virtuele offshoring (of "telemigratie", zoals Baldwin het noemt) behoeft niet de norm te worden om van macro-economische betekenis te zijn, aangezien het slechts een voldoende groot deel van het werk hoeft te betreffen dat thans in economieën met hoge inkomens wordt verricht.

 

 

1 - Zie Den Butter & Pattipeilohy: "Productivity gains from offshoring" (Tinbergen Institute Discussion Paper, 2007) of Tillmann: "Offshoring, binnenlandse outsourcing en productiviteit: bewijs voor een aantal Europese landen" (Kiel Working Paper, 2012)
2 - Eurofound: "Leven, werken en COVID-19" (COVID-19-reeks, 2020)
3 - PwC's US Remote Work Survey (editie van december 2020) meldt dat 52% van de managers vindt dat de productiviteit is verbeterd gedurende de langere periode van thuiswerken.
4 - The Conference Board: "Aanpassen aan de opnieuw ontworpen werkplek: reacties van menselijk kapitaal op de COVID-19-pandemie" (2020)
5 - We zullen de uitdrukking "Global South" gebruiken om zowel lage-inkomenslanden als opkomende middeninkomenslanden aan te duiden.
6 - Baldwin: "The Globotics Upheaval: globalisering, robotica en de toekomst van werk" (Oxford University Press, 2020)

 

Download nu onze volledige studie over dit onderwerp, alleen beschikbaar in het Engels

 

 

 

 

Deze publicatie downloaden : Telewerken: de risico's en kansen van virtuele delokalisatie (4,19 MB)
Naar boven
  • Nederlands
  • Français
  • English