Nieuws en Publicaties
22/09/2021
Economisch nieuws

Nieuwe golf van post-pandemische sociale bewegingen: internationale handel als collateraal slachtoffer

Coface social protest

Hoewel de beperkingen in verband met de COVID-19-pandemie tijdelijk een halt hebben toegeroepen aan de opleving van de sociale bewegingen, duikt nu een nieuwe golf op. De opleving van protesten, vooral in opkomende landen, zal naar verwachting toenemen als gevolg van de ongekende verslechtering van sociaal-economische indicatoren. De Coface-indicator voor sociale en politieke risico’s heeft zo in 2020 wereldwijd een recordhoogte van 51% bereikt, en van 55% in de opkomende landen.

 

Deze sociale onrust zal zijn weerslag hebben op de economische activiteit van de getroffen opkomende landen, met name op hun buitenlandse handel. Coface meent dat een massale sociale beweging bijzonder uitgesproken en blijvende negatieve gevolgen heeft voor de uitvoer van goederen van het getroffen land. Zij liggen dus gemiddeld 4,2% onder hun geraamde potentieel in het jaar waarin de sociale beweging plaatsvindt. De klap voor de invoer is kleiner en meer van voorbijgaande aard.

 

In de komende jaren zullen de vormen van sociale bewegingen en hun persistentie en intensiteit dus bepalend zijn voor de internationale handel.

 

 

 

“De pandemie heeft een tijdelijke halt toegeroepen aan de opleving van sociale bewegingen in opkomende landen. Maar de verwoestende sociaal-economische gevolgen van de gezondheidscrisis hebben het sociale en politieke risico tot een historisch niveau doen stijgen. Verwacht wordt dat deze druk zal leiden tot een nieuwe golf van sociaal protest met aanzienlijke economische gevolgen voor de getroffen landen. De onzekerheid in verband met de politieke instabiliteit, het afnemende vertrouwen van het bedrijfsleven, de daling van de industriële activiteit en de dienstensector aan de aanbodzijde en de daling van de consumptie aan de vraagzijde zullen naar verwachting op de activiteit wegen. Hun buitenlandse handel, en in het bijzonder hun export, zou het collaterale slachtoffer worden.

 

Wij schatten dat de export in de drie jaar na een sociale beweging tot 9% onder zijn potentieel blijft. Als de beweging sociaal-economische eisen heeft, zoals de meeste die na de pandemie worden verwacht, blijft die tot meer dan 20% lager,” verklaren Samuel Adjutor en Ruben Nizard, economen bij Coface.

 

EEN NIEUWE GOLF VAN SOCIALE BEWEGINGEN AAN DE HORIZON...

De overgrote meerderheid van de sociale bewegingen vindt plaats in opkomende landen en hun aantal is tussen 2017 en 2019 blijven groeien. Bovendien blijkt uit de ervaring met eerdere epidemieën of pandemieën dat sociale onrust gemiddeld een jaar na gezondheidscrises optreedt[1]. Deze heropleving van de sociale onvrede wordt verklaard door de verwoestende sociaal-economische gevolgen van deze crises[2]. Zoals de omvang van die welke door COVID worden gegenereerd ongeëvenaard is, zo is ook de omvang van de golf van sociale bewegingen die waarschijnlijk zal volgen, ongeëvenaard. Nooit eerder was het sociale en politieke risico, zoals gemeten door Coface, op mondiaal niveau immers zo hoog[3]. En 2020 bereikte het wereldwijd een recordhoogte van 51%, en van 55% in de opkomende landen.

 

Meer specifiek is de sociale druk om te veranderen is nog nooit zo sterk geweest[4]. In 2020 bereikte de index van sociale druk een recordhoogte, met een stijging van 46% tot 54% wereldwijd en, alleen al voor de opkomende landen, van 54% tot 61%. Deze stijging wordt verklaard door de ongekende verslechtering van de sociaal-economische indicatoren in de overgrote meerderheid van de geanalyseerde landen. Als gevolg van de pandemie is de levensstandaard van de mensen gedaald, zoals blijkt uit het dalende bbp per hoofd van de bevolking, is hun koopkracht achteruitgegaan, zoals blijkt uit de stijgende werkloosheid en inflatie, en is de inkomens- en vermogensongelijkheid toegenomen[5].Dit wordt in sommige landen nog verergerd door de groeiende ontevredenheid over het beheer van de gezondheidscrisis door de regeringen en door de beperkingen van de burgerlijke en politieke vrijheden in de context van de crisis, die soms als onterecht worden beschouwd.

 

In 2020 zag 88% van de opkomende landen hun risiconiveau als gevolg van sociale druk toenemen. Het is met name gestegen in de grote opkomende Aziatische landen, zoals Maleisië, India, Thailand en de Filippijnen, maar ook in bepaalde Maghreb-landen, zoals Algerije en Tunesië.

 

… DIE OP DE INTERNATIONALE HANDEL ZOU KUNNEN WEGEN

De ervaringen met vroegere pandemieën bevestigen dat de massale sociale bewegingen die zij teweegbrengen, blijvende negatieve gevolgen hebben voor de economische activiteit[6].

 

De groei van het BBP blijft immers al minstens gedurende anderhalf jaar één procentpunt onder het niveau van vóór de beweging. Voor de opkomende landen ligt het zelfs twee procentpunten lager.

 

Deze effecten worden aan de aanbodzijde verklaard door een daling van de industriële activiteit en de diensten en aan de vraagzijde door de daling van de consumptie. Dit wordt nog verergerd door het dalende vertrouwen van huishoudens en bedrijven en de toenemende onzekerheid. Bovendien verhoogt de onzekerheid die met politieke instabiliteit gepaard gaat de transactiekosten tussen het door de beweging getroffen land en de rest van de wereld, en vermindert zij de stimulans om nieuwe handelsbetrekkingen aan te knopen of bestaande in stand te houden. De handelsstromen vertragen of krimpen zelfs: de daling van de industriële activiteit verstoort de uitvoer en de daling van de consumptie heeft gevolgen voor de invoer.

 

In het jaar van de sociale beweging ligt de uitvoer 4,2% onder het geraamde potentieel. De kloof blijft drie jaar lang aanzienlijk: de uitvoer blijft tussen 6,3% en 8,9% onder zijn potentieel. Het effect op de invoer is kleiner omdat die zich sneller herstelt.

 

 

HET EFFECT OP DE HANDEL ZAL AFHANGEN VAN DE HARDNEKKIGHEID, DE INTENSITEIT EN DE EISEN VAN DE BEWEGINGEN

 

Het effect van een beweging op de uitvoer en de invoer varieert uiteraard sterk. Verscheidene factoren kunnen de effecten op de handel versterken of beperken: de specialisatie van de sector, het gewicht van het land in de internationale handel, de nabijheid van zijn handelspartners en de geprefereerde wijze van vervoer in de bilaterale handelsstromen. Deze elementen kunnen bepalend zijn voor negatieve externe gevolgen voor derde landen, ongeacht of zij al dan niet handelspartners van het getroffen land zijn. Maar het zijn ook de vormen die de bewegingen zullen aannemen die de omvang en de hardnekkigheid van de schok voor de handel zullen bepalen.

 

Het zal niet verbazen dat de duur en de frequentie van de sociale bewegingen van doorslaggevend belang zijn. Indien de beweging een op zichzelf staande gebeurtenis is, zijn de gevolgen voor de in- en uitvoer marginaal. Anders versterkt latente politieke instabiliteit het gebrek aan vertrouwen en onzekerheid, waardoor de kosten van de handel stijgen en de exportcapaciteit verder wordt beperkt. In dit geval blijft de uitvoer drie jaar na de eerste beweging gemiddeld ongeveer 14% onder zijn potentieel. Ook de omvang van de mobilisatie is een belangrijke factor in dit effect op de handel.

 

Tenslotte speelt de aard van de eisen een cruciale rol bij de omvang en de hardnekkigheid van de schok. Bewegingen met zuiver politieke eisen hebben een voorbijgaand en geringer effect op de in- en uitvoer.

 

Protesten waarin sociaal-economische eisen worden geuit die dus eerder na de pandemie ontstaan, hebben meer blijvende en ernstige gevolgen. Drie jaar na de schok ligt de uitvoer nog steeds 20,7% onder zijn potentieel en de invoer 5,6%.Bovendien kan dit verschijnsel worden versterkt door de beperkte economische beleidsruimte in de opkomende landen om de gevolgen van de sociale onrust voor de handel te beperken.

 

Download de volledige studie hier (alleen beschikbaar in het Engels)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

[1] Saadi Sedik, T., & Xu, R. (2020). A Vicious Cycle: How Pandemics Lead to Economic Despair and Social Unrest. IMF Working Papers (216).

[2] Barrett, P., & Chen, S. (2021). Social Repercussions of Pandemics. IMF Working Papers (21).

[3] Country & Sector Risk Barometer: Q2 2021 Quarterly Update, Coface.

[4] Coface's model measuring the political risk of 161 countries makes it possible to understand the emergence of social movements by linking two fundamental pillars: the pressures for change and the instruments facilitating social mobilization. For more details on the methodology, see Panorama - March 2017 - The rise and rise of political risks,Coface.

[5] COUNTRY & SECTOR RISK BAROMETER: Q4 2020 QUARTERLY Update, Coface.

[6] Hadzi-Vaskov, M., Pienknagura, S., & Ricci, L. A. (2021). The Macroeconomic Impact of Social Unrest. IMF Working Papers (135).

Dit persbericht downloaden : Nieuwe golf van post-pandemische sociale bewegingen: internationale ha... (211,73 kB)

Contact


Kris Degreef

Media Contact
Vorstlaan, 100 Boulevard du Souverain
B-1170 Brussels
BELGIUM
Mail: Kris.degreef@coface.com 

Zie ook


Naar boven
  • Nederlands
  • Français
  • English